Gambia

Mijn eerste kennismaking met Afrika was toen ik in december 2000 met touroperator Sunair naar Gambia ging.  Heerlijk een weekje naar de zon in hartje winter. Gambia is het allerkleinste staatje in het grote continent Afrika. Het is maar 475 km lang en maximaal 45km breed. Dit West-Afrikaanse land is gelegen aan de Atlantische Oceaan en wordt bijna volledig omringd door buurland Senegal en doorsneden door de Gambia rivier. Senegal en Gambia worden samen Senegambia genoemd en je kan vanuit Gambia ook een dagexcursie naar Senegal doen. Gambia kent geen echt wildlife dus je gaat hier ook niet op safari. Het is echter wel een waar paradijs voor vogelliefhebbers. Er zijn hier maar liefst 450 vogelsoorten te vinden. Daarnaast zie je ook veel apensoorten, nijlpaarden, krokodillen en dolfijnen. Naast de mooie stranden kan je ook een bezoek brengen aan diverse parken en reservaten. De flora bestaat uit vele palmsoorten, mahonie- en baobabbomen, tosakai-planten etc. De hoofdstad is Banjul maar de grootste plaats in Gambia is Serekunda. Nabij liggen de bekende badplaatsen Kololi, Kotu en Bakau/Cape Point. Gambia was gedurende 200 jaar een Engelse kolonie en werd pas in 1965 onafhankelijk. Gambia is een stabiel land, er is nauwelijks honger en er zijn geen oorlogen of vluchtelingenkampen. In Gambia leven verschillende bevolkingsgroepen, met allemaal hun eigen religies, gewoontes, taal en gebruiken vreedzaam naast en met elkaar. Men spreekt meestal Engels maar je kan er ook terecht met Frans. In Gambia leven veel mensen van het toerisme maar daarnaast is het ook een zeer vruchtbaar land en producent van oliën en pinda’s, fruit, palmboomprodukten en specerijen. De meeste hotels liggen aan het strand dat wordt bewaakt. De zee heeft vaak een sterke branding en onderstroming en bij een rode vlag kan je er ook niet zwemmen. Naast prachtige en ongerepte stranden heeft Gambia ook prachtige natuur. Dankzij het subtropische klimaat is er een afwisselende vegetatie zoals bijvoorbeeld de indrukwekkende mangrovebossen. Tijdens een weekje Gambia hebben we niet alleen genoten van de mooie stranden maar ook een aantal excursies naar het binnenland gedaan en buurland Senegal bezocht. Het was een avontuurlijke reis in een bijzonder land. 

11 december 2000
In de ochtend vliegen we met Transavia naar Banjul, de aanvlieghaven van Gambia. Na aankomst op de luchthaven hebben we een transfer naar ons 3* hotel in Kololi waar we de komende week zullen verblijven Senegambia Beach hotel. Dit hotel is rustig gelegen en wordt omgeven door een 8ha groot goed onderhouden tuin met vele vogelsoorten en ligt aan het Kololi-zandstrand. Zodra je het hotel uitloopt ben je in het centrum met restaurantjes, bars en winkeltjes. Het is een prima hotel en op dat moment het beste middenklasse hotel dat er wordt aangeboden. het hotel heeft diverse faciliteiten zoals een zwembad, meerdere restaurants, zonneterras met bar, lounge, tennisbaan etc. We verblijven hier op basis van halfpension en het diner is iedere avond een themabuffet. In de avond is er animatie en live-muziek en optredens. De kamers zijn vrij standaard met balkon en airco. Voor een weekje is dit een prima hotel voor ons al geef ik de voorkeur aan meer kleinschalige accommodaties. 

12 en 13 december 2000
De eerste paar dagen is het vooral uitrusten, relaxen aan het strand en genieten van de zon. We zijn een paar keer vanuit het hotel het dorpje ingelopen maar door de vele Gambianen die je voortdurend aanspreken, achterna lopen en je overal volgen voelde ik me daar minder prettig bij. Ik wil graag rustig kunnen rondlopen en voelde me hier erg opgejaagd door de lokale bevolking en dat is echt erg jammer. We besluiten daarom vooral de eerste dagen maar in het hotel te blijven. Op het strand lopen overal bodyguards die iedereen in de gaten houden zodat gasten niet worden lastig gevallen. De lokale vrouwen en kinderen lopen met fruitschalen op hun hoofd en uiteraard kopen we een paar keer heerlijk vers fruit. De zee is wild, hoge golven en een sterke branding. De rode vlag hangt vaak uit dus we kunnen helaas niet al te vaak zwemmen in de zee. In Afrika is het het hele jaar altijd donker om 18.00 en dan kan je niet meer op het strand blijven. Dus geen romantische strandwandeling na zonsondergang, dit wordt helaas sterk afgeraden. Het is en blijft Afrika!

14 december 2000 Senegal
Na een paar dagen strand is het tijd voor actie. We hebben bij de reisleiding een aantal excursies geboekt voor de komende dagen en vandaag gaan we naar buurland Senegal. We worden in de vroege ochtend opgehaald bij ons hotel in een enorme grote 4×4 truck op hoge wielen. We nemen plaats in de laadbak waar stoeltjes zijn met een canvas dak boven ons hoofd. Een lange rit van een paar uur volgt over zeer hobbelige wegen naar de grens van Senegal. Het is nog vroeg en het is ondanks de zon die schijnt behoorlijk fris tijdens de rit. Alles verloopt vrij soepel bij de grens en was is mijn paspoort voorzien van een stempel van Senegal en rijden we het land in. Gambia en Senegal hebben veel overeenkomsten maar het belangrijkste verschil is de taal en het eten. In Senegal spreken ze namelijk Frans. We rijden vervolgens naar Kafountine, het grootste vissersdorp in Casamance.  Hier hebben we even tijd om door het dorp te lopen. Er is veel bedrijvigheid en overal zie je mensen lopen met emmers en schalen op hun hoofd en gekleed in kleurrijke doeken. Uiteraard trek je als toerist veel bekijks. Ze zijn vooral nieuwsgierig en erg vriendelijk. Hierna gaan we met een piroque, een traditionele houten boot naar het dorpje Kailo, gelegen op een eiland, dat midden in het mangrovegebied ligt. De Senegalese Casamance is een natuurrijk gebied waar de groene mangrove overal te zien is en waar veel verschillende soorten vogels leven. Hier bezoeken we de gigantische baobab-boom. Deze bijzondere boom die je vooral veel in Afrika ziet wordt door de lokale bevolking aanbeden. Hier hebben we ook weer even tijd om door het dorp te lopen. Hier maken we kennis met de eeuwenoude tradities van de lokale bewoners. Wanneer we per boot terugkeren naar Kafountine gaan we lunchen bij Hotel-restaurant Le Karone dat is gelegen aan een prachtig strand. We hebben even tijd om te relaxen aan het strand maar niet voor lang want even later zien we hoe alle vissersboten rond 16.00 uur aan land komen van een lange dag vissen op zee. Het is een drukte van belang van mannen en vrouwen die af en aan door de golven waden om de boten uit te laden en emmers en manden vol met vis op hun hoofd naar de kust dragen. De vis wordt vervolgens verkocht of eerst gerookt om later door te verkopen. Andere mensen trekken de zware houten boten vanuit het water op het strand. Kinderen rennen blij over het strand en in de lucht cirkelen vele meeuwen in de hoop een lekker visje te scoren. Een uniek tafereel en bijzonder om mee te maken. Helaas gaat de tijd snel en moeten we Senegal alweer verlaten. Ook de terugreis is weer een avontuurlijke rit die dwars door de jungle gaat, een weg die zeer geliefd was bij de smokkelaars. Het was een intensieve dag als we rond 17.00 uur weer terugkomen bij ons hotel maar zeker de moeite waard. 

15 december 2000 Jeep Safari
Vandaag staat er nieuwe activiteit op het programma namelijk een jeepsafari. Deze tocht gaat langs de westkust naar het zuiden van Gambia. We worden weer vroeg opgehaald en dit keer is ons voertuig een jeep. We rijden naar het dorpje Sukuta waar onze eerste stop is bij een lokale markt. Hier hebben we even tijd om rond te lopen. Hierna rijden we verder naar Yuna waar we bij uncle John uitleg krijgen hoe palmwijn ookwel zum zum genoemd wordt gemaakt. Uiteraard willen we dit ook proeven maar eerlijk gezegd is het niet echt mijn favoriete drankje. We rijden verder naar het plaatsje Gumjur waar we een bezoek brengen aan een lokale school. We mogen plaats nemen in de schoolbankjes van een klaslokaal zitten waar we uitleg krijgen over het Gambiaanse schoolsysteem. We worden hartelijk ontvangen met dans en zang. Het lijkt wel of de hele school is uitgelopen om ons te begroeten. De klaslokalen zien er prima uit met degelijke schoolbankjes en een groot schoolbord. De directeur van de school geeft ons veel informatie over de school, het aantal leerlingen en de vakken die ze leren. De kinderen zijn heel nieuwsgierig en proberen op allerlei manieren je aandacht te trekken. We geven nog wat pennen aan de schoolkinderen weg en doen een kleine donatie. We rijden hierna naar een ander vissersdorp waar we een rokerij krijgen te zien. In een enorme grote schuur worden duizenden vissen gerookt. Een zware klus voor de mensen die hier werken in deze rokerige ruimten maar de Gambianen klagen niet. Ze zijn blij dat ze in ieder geval werk hebben. Dan is het tijd voor een lunch en we genieten van een uitgebreid Afrikaans buffet op het uitgestrekte strand van Sanyang. Hierna is er ook nog even tijd om te ontspannen aan het strand. Aan het einde van de dag gaan we per landrover weer terug naar ons hotel. Een indrukwekkende dag maar ook  vermoeiend omdat je de hele dag over onverharde wegen rijdt. Maar je ziet in een open jeep wel veel van het prachtige binnenland van Gambia. Alle excursies die we maken worden ook gefilmd en deze films/video’s kan je dus kopen, een mooie herinnering om later nog eens alles terug te kijken. 

16 december 2000 North Bank Exotic Experience
We vertrekken weer vroeg voor onze laatste excursie van deze week. In een 4 wheel drive  gaan we eerst richting de hoofdstad Banjul. Hier zullen we de ferry nemen over de Gambia rivier naar het eiland Barra. Een overtocht die dagelijks (of omgekeerd) door duizenden mensen wordt gedaan. De tocht duurt afhankelijk van de stroming ongeveer 30-50 minuten en van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat varen er elk half uur veerboten op en neer. De ferry brengt ons naar Barra Point op de North bank van de rivier. Wanneer je in Gambia bent mag je dit eigenlijk niet missen, een echte typische onvergetelijke Afrika ervaring. Wanneer we aankomen in de haven bij de veerboten kijken we onze ogen uit en zien we een enorme mensenmenigte staan wachten op de boot. Wij mogen als een van de eersten aan boord en hebben een mooi plekje boven gevonden vanwaar we alles mooi kunnen aanschouwen. Wat volgt is een enorm spektakel als de veerboot zich vult met vrachtwagens volgeladen met geiten, auto’s met enorme hoeveelheden bagage op het dak en een enorme mensenstroom in kleurrijke kleding. Ik hoop dat de veerboot sterk genoeg is en ons veilig naar de overkant brengt. Als de boot tjokvol is geladen varen we langzaam naar Barra. Een bijzonder avontuur om mee te maken en je te begeven tussen zoveel Gambianen. Als we aan de overkant zijn brengen we een eerst bezoek aan Fort Bullen. Dit uit 1826 daterende fort werd gebouwd om de toegang tot Banjul via zee te controleren. Een historische plaats en de overgebleven ruïnes van het fort staan op de werelderfgoedlijst van Unesco. We lopen hier even rond waarna we doorrijden naar het dorpje Bakinduk, een dorpje waar vroeger veel inwoners van het land Mali zich vestigden. We maken een stop bij een bananenplantage waar we een korte rondleiding krijgen. Hier zijn echt heel veel kleine kinderen die ons allemaal nieuwsgierig aankijken. Gelukkig hebben we nog wat ballonnen voor ze om mee te spelen. Vooral die hele kleine kindjes willen allemaal graag met ons op de foto. De ouderen kinderen maar ook volwassenen geven ons allerlei briefjes met daarop hun naam en adres vermeld. Ze hopen dat je naderhand contact met hun zoekt en misschien wat geld wilt overmaken. Het volgende op ons programma is een bezoek aan de lokale Sitanuku school. We waren de dag ervoor ook al bij een school geweest en ook hier worden we weer hartelijk verwelkomd door de vele kinderen die ons toezingen en voor ons dansen. Wanneer we uit de school komen staat de plaatselijke dansgroep ons op te wachten met Gambiaanse dansen. In een kring staan vrouwen, mannen en kinderen in prachtige kleurrijke kleiding vrolijk voor ons te klappen, te zingen en te dansen. Uiteraard worden we uitgenodigd om even mee te doen wat we natuurlijk niet afslaan. Dan is het tijd voor een heerlijke lunch op het strand met Gambiaanse gerechten. Na de lunch zit de dag er alweer op en start de terugreis naar ons hotel. Het is onze laatste excursiedag en we hebben de afgelopen veel kunnen zien van het land en de lokale bevolking. Gelukkig hebben we de laatste twee dagen niks gepland en kunnen we even bijkomen van drie intensieve dagen en nog even genieten van de zee en de zon. 

17 december 2000
Vandaag een relax dag en heerlijk ontspannen op de ligbedden bij het strand en even bijbruinen. In de middag besluiten we nog even naar de lokale markt te gaan om daar de laatste souvenirs in te slaan. Dit keer is er bijna niemand op straat, waarschijnlijk vanwege de hitte, waardoor we rustig zonder al te veel lastig te worden gevallen over de markt lopen. Hier kopen we nog een mooie grote houten schaal, een authentiek beeld en wat souvenirs voor het thuisfront. Onze laatste avond dineren we samen met een aantal mensen die we in het resort en tijdens de excursiedagen hebben leren kennen. 

18 december 2000
Vandaag is onze reis alweer ten einde en in de middag worden we opgehaald bij ons hotel voor de transfer naar de luchthaven. Hier staat ons Transavia toestel klaar om ons terug te brengen naar Amsterdam. Van een temperatuur van meer dan 30 graden terug naar het koude kikkerlandje Nederland waar het op dat moment vriest en sneeuw ligt. Onze eerste reis naar Afrika is een mooie  en bijzondere ervaring geweest. Gambia heeft een prachtig binnenland, mooie zandstranden en de Gambianen zijn vriendelijke mensen ook al zijn ze soms opdringerig. Maar de overheid doet er alles aan om te voorkomen dat toeristen zich onveilig voelen in Gambia vandaar ook de bewaking op het strand en in de plaatsjes. Het is jammer dat dit nodig is en hopelijk verandert dit nog in de toekomst. Gambia is voor een groot deel afhankelijk van het toerisme en dus zullen ze hier aandacht aan moeten blijven besteden. Â